Lokale lasten bekeken en vergeleken

Er is financieel zwaar op komst. Voor de rijksoverheid wordt al gesproken over een begrotingstegenvaller van € 20 miljard (door onder andere tegenvallende inkomsten vanuit aardgas en vennootschapsbelasting). Ook gemeenten zullen dat gaan voelen. Want als het rijk minder te besteden heeft, vertaalt zich dat automatisch door in de uitkering vanuit het gemeentefonds en dus in gemeentebegroting.
 
Voor gemeenten betekent dat bezuinigen of de inkomsten verhogen. Dat eerste vindt de politiek altijd extreem lastig, het laatste is vaak de gemakkelijkste weg. Gelukkig staat er in het huidige collegeprogramma dat de onroerend zaak belasting slechts met inflatie wordt verhoogd. Maar of de collegepartijen (PvdA, CDA en PAL/Groenlinks) dat vol kunnen houden? Het rare is wel dat als de politiek die lokale lasten verhoogt omdat er (tijdelijk) een financiële problematische situatie is, dat later in betere tijden nooit weer terug wordt gedraaid. Het cynische is bovendien dat het opschroeven van de lasten het economisch herstel ook nog eens niet bepaald zal bespoedigen.
 
De gemeente Leeuwarden heeft als het gaat om OZB-inkomsten trouwens geen last van eventueel dalende huizenprijzen. Want Leeuwarden raamt een bepaald bedrag aan OZB-inkomsten. De systematiek is nu zo dat bij een dalende woningprijs de gemeente de tarieven verhoogt om toch dezelfde inkomsten te krijgen. Het is natuurlijk de vraag of bezitters van woningen en bedrijfspanden het zullen pikken om relatief meer belasting te moeten betalen voor een pand dat in waarde daalt.
 
In het land van de lokale lasten spelen de lijstjes altijd een belangrijke rol, met een duur woord benchmark. Dat je altijd goed moet kijken wat je vergelijkt blijkt uit het volgende. Wethouder Gerrit Krol (financiën) van Leeuwarden is altijd erg content met de overzichten die de Leeuwarder Courant jaarlijks presenteert. Als gekeken wordt naar dit lijstje met gemeentelijke heffingen in Leeuwarden scoort Leeuwarden respectievelijk plaats 17 (meerpersoonshuishouden met een koophuis van gemiddelde taxatiewaarde) en 14 (éénpersoonshuishouden met een koophuis van gemiddelde taxatiewaarde) op de in totaal 31 gemeenten in Fryslân. Mooie score zou je op het eerste gezicht zeggen!
 
Maar in die “gemiddelde taxatiewaarde” zit hem nu net de kneep. Want het gaat om de gemiddelde taxatiewaarde per gemeente. In de ene gemeente kan die veel hoger zijn dan in de andere. Leeuwarden heeft bijvoorbeeld gemiddeld een enorm lage waarde. Echt sneu hoeft dat niet direct te zijn voor een gemeente, want bij de verdeling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds wordt ook nog eens rekening gehouden met de waarde van het onroerend goed in de gemeenten. Hoe lager de waarde, hoe hoger de uitkering. Dus op basis daarvan krijgt Leeuwarden een hogere uitkering uit het gemeentefonds.
 
Als je kijkt naar het lijstje met de OZB-percentages 2009 (voor woningen) zonder rekening te houden met de gemiddelde taxatiewaarde, dan ziet het plaatje voor Fryslân er totaal anders uit. Leeuwarden heeft dan een plekje in de top 3, en dat is een toppositie in de verkeerde top 3. De top 10 ziet er als volgt uit:
 

 
FRIESLAND
OZB woningen
2009
1
Leeuwarderadeel
0,1647
2
Tietjerkstradiel
0,1347
3
Leeuwarden
0,1318
4
Het Bildt
0,1296
5
Boarnsterhim
0,1200
6
Ferwerderadeel
0,1180
7
Weststellingerwerf
0,1173
8
Achtkarspelen
0,1162
9
Heerenveen
0,1115
10
Littenseradiel
0,1100
 
gemiddeld Friesland
0,0975
 
hoogste tarief
0,1647
 
laagste tarief
0,0624

 
Recent is ook weer het belastingoverzicht grote gemeente 2009 verschenen van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO). Hierin zijn 36 grote gemeenten in Nederland onderzocht.
 
Leeuwarden scoort met 0,1318% een top 10 plaats. Gemiddeld is het OZB-percentage voor woningen 0,0993% in de 36 gemeenten. Arnhem hanteert het hoogste tarief met 0,1716%, Amsterdam het laagste met 0,0532%. Leeuwarden eindigt daarmee boven vergelijkbare steden Groningen (0,1220%), Zwolle (0,1103%), Deventer (0,1099%), Assen (0,1067%), Alkmaar (0,0840%) en Den Bosch (0,0812%). Niet heel gunstig dus!
 
En als je kijkt naar het OZB-tarief voor niet-woningen (eigenaar + gebruiker), dat wil zeggen voor bedrijven en kantoren, dan scoort Leeuwarden nog slechter. Hier haalt Leeuwarden maar liefst een teleurstellende 5e plaats met 0,5387%. Na Nijmegen, Leiden, Sittard-Geleen en Groningen. Nijmegen heeft het hoogste tarief met 0,7224%, Hilversum heeft het laagste tarief 0,2442%. Het gemiddelde in de 36 gemeenten is 0,3833%.
 
Opvallend detail is dat van de vijf gemeenten met de hoogste tarieven voor niet-woningen veel een diep rood bestuur hebben (gehad). Nijmegen en Groningen hebben nu nog een volledig links college! Dat is nog eens een fijn staaltje van de rekening bij het bedrijfsleven leggen!
 
Leeuwarden scoort door de hoge OZB voor niet-woningen in de Monitor Lokale Lasten 2008 van de Kamer van Koophandel Noord-Nederland ook zeer slecht en is extreem duur is als het gaat om de gemeentelijke lastendruk (meer dan OZB alleen). Leeuwarden scoort daarin niet alleen slecht ten opzichte van de kleinere gemeenten, maar ook ten opzichte van Groningen, Smallingerland en Heerenveen. De lage positie van Leeuwarden (59e van de in totaal 68 gemeenten) in het onderzoek de MKB-vriendelijkste Gemeente Noord-Nederland 2008 van MKB Noord, Kamer van Koophandel Noord-Nederland en Hanze Connect wordt ook grotendeels veroorzaakt door de slechte score op het onderdeel “lasten”, voor dat deel eindigt Leeuwarden op plaats 65.
 
Als ik dit zie is het toch helemaal spijtig dat de gemeenteraad van Leeuwarden een motie van de VVD niet steunde over het met ingang van 2010 niet meer toepassen van de inflatiecorrectie voor de OZB niet – woningen, om zo de relatieve positie van Leeuwarden op dit vlak te verbeteren. Het had geen gat geslagen in de meerjarenbegroting, en uiteindelijk maar een bedrag van € 286.000 gescheeld aan extra inkomsten in 2010. En dat op een totale omvang van de begroting van Leeuwarden van ruim € 400 miljoen.
 
Dat is inmiddels geschiedenis, maar als gekeken wordt naar de toekomst zijn er nog genoeg redenen om voorzichtig om te blijven gaan met de lokale lasten, ook in crisistijd!
 
Aukje de Vries